Als je de nadelen van je beleid steeds bij dezelfde groep legt, moet je niet schrikken dat die mensen zich van het politieke systeem afkeren.
Op 9 juni trekken we naar de stembus voor de Europese, federale en Vlaamse verkiezingen. Als we de peilingen mogen geloven, stevenen we op een gitzwarte zondag af. Het extreemrechtse Vlaams Belang dreigt de grootste partij te worden in Vlaanderen. Dit zou een politieke aardverschuiving betekenen. Daarbij gaat er in de analyse achteraf weer naar de lagere middenklasse gekeken worden: mensen met minder inkomen en kortere opleiding. Maar zal die analyse terecht zijn? En hoe geraken we van analyse naar oplossingen?
UIT BEELD
Het rapport 'Een nieuwe kwetsbaarheid'1 van Denktank Minerva uit 2019 spreekt over lagere middenklasse wanneer een huishoudens een maandelijks inkomen heeft tussen de 60% en 80% van het mediaaninkomen. Nu is inkomen alleen wat reductionistisch als we het over klasse hebben. Onderwijsniveau speelt ook een cruciale rol. Bij de beschrijving van de lagere middenklasse bevestigt dit rapport dat ook: er zijn veel minder laaggeschoolden dan dertig jaar geleden, maar die laaggeschoolden behoren nu veel vaker tot de lagere inkomensgroepen. Ongeveer 85% is laag- (geen diploma of hoogstens een diploma lager secundair onderwijs) of midden geschoold (hoogstens een diploma hoger secundair onderwijs of een diploma postsecundair niet-hoger onderwijs).
Als we toch de financiële definitie gebruiken, bestaat de lagere middenklasse uit bijna 2 miljoen mensen. Samen met mensen in armoede gaat het over meer dan 3,5 miljoen mensen. Dat is 1 op 3 Belgen die permanent in onzekerheid leven omdat hun bestaan bedreigd wordt bij elke vensterenveloppe die onverwacht in de brievenbus valt. Nochtans hoor je die groep zelden of nooit op Het Journaal, De Afspraak of De Tafel van Gert. In mijn boek De achterblijvers. Hoe de vloer onder de lagere middenklasse wegzakt wou ik hen stem geven.
Als het over politiek gaat, hebben ‘de achterblijvers’ het geloof dat onze verkozenen iets voor hen zullen doen compleet verloren.
Het cliché wil dat deze groep mensen voor populistische partijen stemt, meestal extreemrechts aanhangt. De realiteit bleek toch iets complexer. Sommigen kiezen voor de CD&V-burgemeester die ze persoonlijk kennen, anderen zijn heftige fan van Bart De Wever, iemand stemt voor Groen, iemand supportert voor Vlaams Belang … en Kurt, de hulpdrukker uit Houthulst in West-Vlaanderen, die stemt, heel overtuigd, ongeldig: ‘Wat ik stem? Ik stem elke keer hetzelfde: op het linkerblad schrijf ik ‘ZOT!!!’ , op het rechter zet ik altijd ‘ZAKKENVULLERS!!!’. Als het over politiek gaat, hebben ‘de achterblijvers’ het geloof dat onze verkozenen iets voor hen zullen doen compleet verloren.
WAT ZEGT DE WETENSCHAP?
Maar wat bewijst dit? Het boek gaat over slechts vijf gezinnen. Kijken we met een meer wetenschappelijke blik, dan bevestigen politicologische studies dit verhaal. Het opinieonderzoek De Stemming door de UA en de VUB, in opdracht van VRT NWS en De Standaard2, geeft aan dat het vertrouwen van de Vlaming in de politiek op een zeer laag peil staat. Slechts de helft van de Vlaamse kiezers vindt dat de democratie in België naar behoren functioneert. In tegenstelling tot voorgaande jaren neemt de tevredenheid over de democratie bovendien sterk af.
Dat wantrouwen uit zich in een groeiend draagvlak voor minder democratische bestuursvormen. Zo blijkt een derde zich te kunnen vinden in een systeem met een sterke leider die zich niet al te veel van het parlement moet aantrekken. Als onderzoekers gaan kijken wie deze voorkeur uitspraken, valt op dat mensen in een kwetsbare positie oververtegenwoordigd waren in deze categorie. Significante voorspellers waren: jong zijn, vrouw zijn, korter geschoold zijn, en een laag inkomen hebben. Opvallend is ook dat het onderzoek een politieke voorkeur voor Vlaams Belang stemmen naar voor schuift.3
OPVATTINGEN
De vraag is dan waarom mensen boos zijn en afhaken. Aan de Universiteit Amsterdam (UvA) bieden onderzoekers Wouter Schakel en Armen Hakhverdian hier een interessante kijk op.4 Hun werk toont welke kiezers veel politieke invloed hebben … en dus ook welke minder. De meer bevoorrechte groep zijn heel vaak diegenen met een hoog inkomen en een hoog opleidingsniveau. Hun overrepresentatie zit op twee elementen: gedeeld opvattingen met politici en effectieve invloed.
Uit onderzoek over landen heen blijken de politieke opvattingen van gekozen vertegenwoordigers veel meer op die van rijke, hoger opgeleide burgers te lijken dan op die van mensen met minder inkomen en opleiding. Bovendien blijkt uit een longitudinale analyse dat deze ongelijkheid de afgelopen jaren nog toegenomen is.5 Het is dan ook niet gek dat kortgeschoolden merken dat politici ver van hun leefwereld af staan. Bovendien geloven ze dat deze op hen neerkijken.
In de gesprekken in mijn boek 'De achterblijvers' was één van de pijnlijkste babbels die met Koen, een klusjesman uit Merksplas.
In de gesprekken in mijn boek De achterblijvers was één van de pijnlijkste babbels die met Koen, een klusjesman uit Merksplas. Koen wou eerst niet over politiek praten. ‘Omdat ik gene gestudeerde mens ben. Van serieuze zaken, zoals politiek, weet ik niets. En als je van iets niet veel weet, dan hou je er beter je mond over.’ Mensen hebben dat vreselijke idee dus geïnternaliseerd. Tussen haakjes: dat gesprek speelde zich af toen de Brexit in zijn eindfase kwam. Een kwartiertje na deze uitspraak formuleerde Koen de essentie van dat complexe dossier helder en precies. Dat deze klusjesman niets van politiek weet, is onzin.
INVLOED
Politici delen dus vaker de mening van mensen uit de bevoorrechte klassen. Maar is het ook zo dat de invloed van deze hogere klassen werkelijk groter is in de beleidsresultaten? Worden hun belangen beter verdedigd?
Het onderzoek van Schakel en Hakhverdian wijst uit van wel. Opnieuw blijkt dat vooral het opleidingsniveau van belang is. Het beleid speelt beter in op de eisen van hoger opgeleide burgers dan op de eisen van lager opgeleide burgers. Bovendien worden de opvattingen van de lagere en zelfs de middenonderwijsgroepen niet in rekening gebracht op het ogenblik dat zij afwijken van die van de hoogst opgeleide groepen. Het lijkt erop dat beleidsinvloed alleen aan laatstgenoemden wordt verleend. Dit gebeurt niet alleen op culturele thema’s, maar ook op economische.6 Mensen aan de onderkant van de sociale ladder voelen zich dus niet alleen in de steek gelaten, ze zijn het ook.
IN VLAANDEREN
Want laten we dit concreet maken met Vlaams beleid, bijvoorbeeld op het thema werk. Onze loonwet zorgt ervoor dat de gestegen productiviteit vooral ten gelde gemaakt wordt in de vorm van winstuitkeringen en dividenden, en veel minder in loon. Daar komt bovenop dat de voorbije decennia de laagste lonen het minste stegen. Kortgeschoolde arbeid brengt weinig op. Bovendien is die kortgeschoolde arbeid het meest geflexibiliseerd en geprecariseerd. Bij interimarbeid en nachtwerk valt alle zekerheid weg. Mensen worden er letterlijk ziek van.
De kortgeschoolde arbeid is het meest geflexibiliseerd en geprecariseerd. Bij interimarbeid en nachtwerk valt alle zekerheid weg. Mensen worden er letterlijk ziek van.
Of neem wonen. Voor de onderste 30% is het kopen van een huis eenvoudigweg niet mogelijk. Ook al is het bezit van een huis cruciaal, zeker als ze later hun laag pensioen krijgen. Maar ook huren wordt steeds duurder. En ondanks decennialange pleidooien voor meer sociale woningen, zijn de wachtlijsten in de sociale huur absurd lang. Voor gezinnen met meerdere kinderen lopen ze op tot tien jaar.
Voor veel van deze beleidskeuzes is een rationele, economische uitleg. Het zal allemaal wel. Maar als je de nadelen van je beleid steeds bij dezelfde groep legt, moet je niet schrikken dat die mensen boos worden en zich van het politieke systeem afkeren.
EEN WOEDE DIE ZICHZELF NIET BEGRIJPT
Maar als mensen boos zijn omdat er aan hun sociale rechten gemorreld wordt, waarom stemmen ze dan niet op partijen die deze rechten verdedigen? Kiezers stemmen in deze gevallen niet meer op links, wel integendeel, ze stemmen vaker op rechts en zelfs extreemrechts. Hun boosheid is ongericht. Auteur Dominique Willaert heeft het over een woede die zichzelf niet begrijpt.7
Ook dit is wetenschappelijk aangetoond. In ‘Geographies of Discontent’8 nemen een internationale groep politicologen het Italië van Giorgia Meloni als case. Ze tonen aan wat er gebeurt als lokale overheden besparen op publieke dienstverlening, zoals de vuilnisophaal, loketten van stadsdiensten en bibliotheken. Het gevolg is dat kiezers naar extreemrechtse partijen opschuiven. Zelfs wanneer het die partijen zijn die tot de besparingen in kwestie zijn overgegaan. Het gaat hier over een causaal effect: afbraakbeleid op de publieke diensten speelt extreemrechts in de hand. Dat geeft te denken over het Vlaanderen waar De Lijn welbewust kapotgemaakt wordt. Of waar kleinere gemeenten moeten fuseren en dus minder bereikbare dienstverlening aanbieden. Partijen die werkelijk om de democratie bekommerd zijn, maken dus andere keuzes.
CONCURRENTIE AAN DE ONDERKANT
Maar hoe komt het dat extreemrechts hiervan profiteert en deze stemmen niet naar links gaan?
De reden is het verhaal dat extreemrechts brengt. Veel vaker dan tien jaar geleden hanteert ze een sociaal discours. Ze zegt dat ze de publieke voorzieningen wel recht willen houden. Alleen beweert ze dat dit jammer genoeg niet mogelijk is omdat het te veel kost. En waarom kost het te veel? Omdat er te veel buitenlanders zijn die er te veel beroep op doen. En dat gaat natuurlijk ten koste van de autochtone burgers. Zij zijn het slachtoffer van die buitenlanders. Als we dus iets aan die buitenlanders doen, komt het straks wel goed met jullie publieke dienstverlening.
Als we iets doen aan die buitenlanders komt het straks wel goed met jullie publieke dienstverlening, zo klinkt het sociaal discours van extreemrechts.
Ook voor ons land is dit herkenbaar. In De achterblijvers fulmineert Sofie die – steeds op interimbasis – in een callcenter werkt, geregeld op nieuwkomers en overweegt even vaak om bij de volgende verkiezingen op Vlaams Belang te stemmen. ‘Er worden heel wat huizen opzijgehouden voor de vreemden die hier op de een of andere manier binnen zijn geraakt. Voor onze eigen mensen, voor onze kinderen is er godverdomme niets, zelfs geen noodopvang.’ Sofies uitspraak illustreert hoe groot de concurrentie aan de onderkant is.
BESPARINGSBELEID IS KOREN OP DE MOLEN VAN EXTREEMRECHTS
Het is dus zaak om beleid te maken dat die concurrentie verkleint. Ook daarom getuigen de draconische besparingsmaatregelen die het Europese Parlement recent goedkeurde van een onvoorstelbaar gebrek aan verantwoordelijkheidszin. De Europese Unie – een bastion van goedbetaalde hoogopgeleiden – heeft duidelijk niets geleerd van het destructieve besparingsbeleid dat het haar lidstaten oplegde. Vandaag zien we de democratische terugslag van het besparingsbeleid een decennium geleden. Tegelijk lijken we nu het bedje van extreemrechts te spreiden voor de komende jaren. Want de politieke keuze om straks 30 miljard te besparen, zal meer dan waarschijnlijk ten koste gaan van het sociaal beleid en de publieke dienstverlening. Soms lijkt het erop alsof de goedbetaalde, hoogopgeleide elite onze democratie moedwillig richting de afgrond manoeuvreert.
Zeker omdat er alternatieven zijn. Een recente Oxfam-studie9 berekende dat EU-landen jaarlijks maar liefst 286,5 miljard euro aan belastinginkomsten mislopen. Dat is zo’n 33 miljoen euro per uur, omdat ze er niet in slagen het vermogen van de rijksten in Europa zwaarder te belasten. Laten we dus serieus blijven. Ofwel beweer je dat je bekommerd bent over de woede in onze samenleving en het effect op onze democratie, en dan zoek je andere methodes om de bovengenoemde put van 30 miljard te vullen dan via besparingen op de kap van onder andere de lagere middenklasse. Ofwel bespaar je die 30 miljard wel op sociale zekerheid en publieke dienstverlening, zoals sommige partijen al gretig voorstellen. Maar dan verlies je het recht om ooit nog te zaniken over de opkomst van extreemrechts in ons land. Want dan ben jij hun handlanger.
EEN ARM OM DE SCHOUDER
Voor wie echt bekommerd is over de democratie zijn zaken als een vermogensbelasting en andere vormen van herverdeling een evidentie, net als striktere sociale en arbeidswetgeving. Als we de belangen van de ‘achterblijvers’ niet werkelijk gaan verdedigen, zijn alle initiatieven om ons democratisch bestel te redden voor de tribune.
Mensen hebben een verlangen om door politici gehoord te worden, om een arm om de schouder te krijgen.
Maar het is onvoldoende. Mensen hebben ook een verlangen om door politici gehoord te worden, om een arm om de schouder te krijgen. Niet toevallig kennen veel mensen in De achterblijvers minstens één van hun (lokale) beleidsmakers en doen hen graag hun verhaal. Bij Eliza, de kleuterjuf, is dat haar burgemeester: ‘Ik ken hem nog van vroeger. Begin dit jaar deed hij een oproep op Facebook. Hij zou komen koken bij acht Maasmechelenaars. Het enige wat je moest doen, was hem een goede reden sturen waarom hij precies bij jou langs moest komen. Mijn goede reden was dat ik wou laten zien hoe snel een welvarend iemand met een paar tegenslagen dik in de miserie kan geraken.’
EEN ANDERE BRIL OPZETTEN
Naar mensen luisteren is cruciaal, maar opnieuw onvoldoende. Het zal erom gaan mensen een nieuwe bril op te zetten om naar de samenleving te kijken. De voorbije decennia is ons aangeleerd om de wereld volgens twee leidende ideeën te begrijpen. Ten eerste geloven we dat iedereen autonoom aan het stuur van het eigen leven zit. Dat het onze individuele keuzes zijn die maken of we succes hebben of niet. We zijn compleet verleerd om in maatschappelijke structuren te denken. Het gevolg is dat we elkaar wijsmaken dat wie bij de achterblijvers hoort, daar wel zelf individueel schuldig voor is.
Toch blijkt er nog één collectief te zijn waar we volgens ons wereldbeeld nog toe behoren, namelijk de eigen etnisch-religieuze groep. En zoals Jeroen Olyslaegers het schreef: ‘wij dat is toch vooral gij niet’.10 Als je een andere kleur hebt, een andere taal spreekt, of een andere religie aanhangt, dan moet je wel helemaal anders zijn dan wij. Het gevolg van deze twee verhalen is dat mensen aan de onderkant, mensen met dezelfde belangen in verspreide slagorde optreden.
VOLKSVERHEFFING
Dat is – toegegeven – moeilijker dan de buikgevoelens van mensen achterna te hollen zoals sommige partijen vandaag doen. Die strategie werkt trouwens niet. Politicologen zijn het er steeds meer over eens dat wanneer middenpartijen welvaartschauvinisme gaan bepleiten, de opvatting dat de toegang van migranten tot de verzorgingsstaat beperkt of afgesloten moet worden, ze daarmee extreemrechts in de kaart spelen.11 Wat ze eigenlijk doen is, erkennen dat Vlaams Belang gelijk heeft met de vooroordelen die ze al decennialang verkondigt. Mensen kiezen in dat geval, begrijpelijkerwijs, voor het origineel. Een pleidooi, zoals Vooruit dat houdt, om nieuwkomers van het leefloon uit te sluiten en hen in een nieuw systeem van ‘integratiesteun’ te zetten, heeft dus een desastreuze impact, om van CD&V die – godbetert – gewoon de term 70 puntenplan overneemt maar te zwijgen.
Op middellange termijn zal een ambitieuze vormende aanpak zo veel meer opleveren. Mensen opnieuw uitleggen hoe de wereld in elkaar zit.
Op middellange termijn zal een ambitieuze vormende aanpak zo veel meer opleveren. Mensen opnieuw uitleggen hoe de wereld in elkaar zit. Je zou het met wat goede wil ouderwetse volksverheffing kunnen noemen. Hier en daar zal het dus het verwijt ‘paternalisme’ opleveren. Maar dat is niets meer dan een retorische truc. De wereld vandaag is razend complex. De idee dat mensen helemaal uit zichzelf alles zo maar begrijpen, deugt niet. Van mensen onmiddellijk iets eisen waarvan je eigenlijk weet dat ze er duiding bij nodig hebben, is eenvoudigweg wreed.
GELIJKHEID
Het doel bestaat er dus in mensen opnieuw uit te leggen dat de socio-economische structuren het leven collectief vormgeven, en dat het geen pas geeft om mensen op basis van etnisch-religieuze criteria op te delen. Het is een project dat zich niet enkel op de lagere middenklasse en mensen in armoede moet richten. Ook in de hogere middenklasse wint het autoritaire gedachtengoed terrein. Zo blijkt het rijke Schilde de meest rechtse gemeente van Vlaanderen; in 2019 scoorden N-VA en Vlaams Belang er samen 64%.12
De Nederlandse Roxanne Van Iperen wees in haar essay ‘Eigen welzijn’ een paar jaren geleden al op dit fenomeen.13 Van Iperen ziet een verklaring in de term ‘valangst’. Deze groep heeft schrik dat hun kinderen het beduidend minder zullen hebben dan zij. De 1% kan hun kroost beschermen door hen gigantische sommen geld te doen erven. De hogere middenklasse geeft geen financieel maar cultureel kapitaal door. Zij laten hun kinderen studeren. Alleen kan je diploma’s niet in een kluis bewaren. Door allerhande maatschappelijke veranderingen kunnen die aan waarde inboeten. Om hun maatschappelijke positie te vrijwaren schoppen hogere middenklassers, volgens Van Iperen, naar beneden eerder dan de vinger naar de 1% te wijzen.
Om hun maatschappelijke positie te vrijwaren schoppen hogere middenklassers naar beneden eerder dan de vinger naar de 1% te wijzen.
Dylan Van Rijsbergen deelt deze analyse in ‘De net niet-elite’.14 Hij gaat daarbij verder en pleit ervoor om ook hogere middenklassers, hoofdwerkers zoals hij ze noemt, een correcter klassebewustzijn mee te geven. Zij leven vandaag in de gedachte dat de elite zijn, maar voelen steeds vaker dezelfde onzekerheden als mensen aan de onderkant. Van Rijsbergen laat zien hoe ook zij daarom baat hebben aan een meer gelijke samenleving. Het huidige EU-begrotingsbeleid, dat zeker bij deze groepen op de nodige goedkeuring kan rekenen, bewijst dat hiervoor flink wat politiserend werk zal moeten gebeuren.
Bij mensen aan de onderkant hangt het fruit veel lager. In de gesprekken in De achterblijvers valt het woord ‘gelijkheid’ regelmatig. ‘Als je gestudeerd hebt en met de computer kunt werken, ben je blijkbaar belangrijker’, fulmineert hulpdrukker Kurt op een keer. ‘Sorry, dat ik me dul moak, maar weet je wat mijn gedacht is? ’t è voor iedereen geliek, of ‘t è nie’.
Vandaag is het dominante verhaal dat we onze rijkdom te danken hebben aan slimme bankiers, innovatieve ondernemers en risico nemende aandeelhouders. Lagere middenklassers en mensen in armoede voelen haarfijn aan dat dit een mythe is. Alleen hebben ze niet de woorden om dat gevoel uit te drukken. Dat leidt tot boosheid en een gevoel van minderwaardigheid. Politiek vertaald, ligt er hier een boulevard aan kansen voor links. In plaats van rechts achterna te hollen in flinks beleid, ligt er een enorme winst te boeken door deze groep te bevestigen in hun frustratie en hen tegelijk de taal te leren om samen een correcter en rechtvaardiger verhaal over onze economie en samenleving te vertellen.
EINDNOTEN
- Somers M. (2019) ‘Een nieuwe kwetsbaarheid’, Brussel: Denktank Minerva, 98 p..↑
- Walgrave S., Lefevere (2023) ‘De Stemming 2023 in opdracht van VRT NWS en DS, UAntwerpen en VUB.↑
- Walgrave S., Lefevere J. (2023) ‘De Stemming 2023. Onderzoek in opdracht van VRT NWS en DS’, Brussel: Universiteit Antwerpen/VUB..↑
- Voor wie niet per sé tijd heeft om zich door politicologische boeken en papers te worstelen, is de podcast ‘Stuk Rood Vlees’ een mooi alternatief.↑
- Schakel, W., Burgoon, B., & Hakhverdian, A. (2020). ‘Real but Unequal Representation’ in Welfare State Reform. Politics & Society, 48(1), pp. 131-163.↑
- Schakel W., Van Der Pas D. (2021) ‘Degrees of influence: Educational inequality in policy representation’ in European Journal of Political Research, 60 (2), pp. 418-437.↑
- Willaert D. (2022) ‘Dansen op een ziedende vulkaan’, Berchem: Epo, 300 p.↑
- Cremaschi S., Rettl P., Cappelluti M. & De Vries C. (2023) ‘Geographies of Discontent: Public Service Deprivation and the Rise of the Far Right in Italy’, Working Paper 24-024, Boston: Harvard Business School, p.42.↑
- Oxfam (2024) ‘EU governments miss 33 million euros per hour in unpaid taxes from Europe’s super-rich’ op Oxfam.org, 11 april 2024.↑
- Olyslaegers J. (2009) ‘Wij’, Amsterdam: De Bezige Bij, 309 p.↑
- https://www.nrc.nl/nieuws/2024/04/07/politicoloog-gianna-eick-geen-uitkering-voor-migranten-zo-zet-je-de-verzorgingsstaat-op-de-tocht-a4195322.↑
- Goethals K. (2024) ‘Schilde, de meest rechtse gemeente van Vlaanderen: ‘Hier gaat het goed, maar in België gaat echt álles fout’’ in De Standaard, 4/5/2024.↑
- Van Iperen R. (2022) ‘Eigen welzijn eerst. Hoe de middenklasse haar liberale waarden verloor’, Amsterdam: Thomas Rap, 143 p.↑
- Van Rijsbergen D. (2024) ‘De net-niet elite’, Zutphen: Mazirel Pers, 216 p.↑
Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 6 (juni), pagina 17 tot 23
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.