De tijdige realisatie van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG's) verkeert in groot gevaar. Zo'n institutioneel kader voor mondiale samenwerking is nochtans een kostbaar diplomatiek goed. Waarom het niet met beide handen grijpen?
Op dit moment lijden meer dan 800 miljoen mensen honger. Vier miljard mensen moeten het stellen zonder sociale zekerheid. Nieuwe gewapende conflicten en klimaatverandering brengen de menselijke waardigheid nog meer in het gedrang. Sinds de Tweede Wereldoorlog kende de wereld met ruim 89 miljoen mensen nooit zoveel oorlogs- en politieke vluchtelingen als nu. Daarnaast is een veelvoud hiervan op de vlucht voor uitzichtloze armoede en ecologische afbraak.
Onze belabberde wereldsamenleving beschikt sinds 1945 nochtans over een universele instelling, de Verenigde Naties (VN). En in 2015 bereikten de 193 lidstaten van de VN een akkoord over de Sustainable Development Goals (SDG's), of Duurzame Ontwikkelingsdoelen, om van de wereld een leefbaarder plek te maken. Zij zijn een onderdeel van de zogenaamde Agenda 2030, die ook heel wat principes bevat. De SDG's zijn een set van 17 brede doelen, die uiteenvallen in 169 meer concrete doelstellingen. Ze behandelen een brede waaier van thema's, zoals honger, gezondheid, gendergelijkheid, milieu, biodiversiteit, energie, duurzame infrastructuur en industrialisering in het Zuiden. De SDG's moeten tegen 2030 worden gerealiseerd.1 De Agenda 2030 vertrekt van het perspectief van duurzame ontwikkeling: ze maakt duidelijk hoe intens verweven sociale, economische en ecologische uitdagingen enkel op een geïntegreerde manier kunnen worden aangepakt. Aldus vormen de SDG's het vlaggenschip onder de vele activiteiten van de VN.
DE MEERWAARDE VAN DE SDG'S ALS METHODE
Volgens VN-Secretaris-Generaal António Guterres verkeert de tijdige realisatie van de SDG's in groot gevaar. Dit is te wijten aan de meervoudige mondiale crisissen, waaronder de klimaatopwarming, de Covid-crisis en de Russische inval in Oekraïne. Op het vlak van extreme armoede, honger, tewerkstelling, broeikasgassen, overbevissing en biodiversiteit gaan we op dit moment achteruit. Het is belangrijk te noteren dat heel wat van deze bedreigde doelstellingen vóór de Covid-19-crisis al niet op koers lagen. In zijn Vooruitgangsrapport 2022 wijst Guterres er bovendien op dat 2 miljard mensen leven in landen die door gewapende conflicten getroffen zijn.2 Het record aantal vluchtelingen sinds de Tweede Wereldoorlog is daar een gevolg van.
Deze dreigende mislukking geeft te denken over de SDG's zelf: waarom zou governance by goals and targets kunnen zorgen voor een kentering in de vele betrokken beleidsdomeinen? Van de Millennium Development Goals (MDG's, 2001-2015), de voorganger van de SDG's, is geweten dat hun erg matige succes grotendeels te danken was aan sociale vooruitgang in China. De Chinese overheid had de MDG's van de VN niet nodig om te weten dat de baten van de enorme economische groei maar beter iets gelijker gespreid werden. Dat was nodig voor de politieke legitimiteit van het regime en de maatschappelijke cohesie, als voorwaarden voor verdere groei. Voor de rest is het moeilijk een causaal verband tussen de voormalige MDG's en reële verandering te bewijzen.3 Wel weten we dat heel wat regeringen in het zuiden, donoren en multilaterale instellingen zich in de MDG's inschreven. Het MDG-kader droeg bij tot meer focus in beleid en geldstromen, wat in sommige erg hulp-afhankelijke landen in Sub-Sahara-Afrika voor sommige MDG-doelstellingen een verschil kan hebben gemaakt. Dit 'verschil' kon dan ook bestaan uit het vermijden dat het plaatje inzake armoede, honger of kindersterfte nog erger werd. Maar zelfs dan nog waren de MDG's niet de enige stimuli voor internationaal beleid; per slot van rekening bouwden veel MDG's voort op eerder gemaakte afspraken in de VN.
Een dergelijk scepticisme valt nu ook de SDG's wel eens te beurt. De SDG's hebben op vele plaatsen bijgedragen tot een versterking van een discours ten gunste van duurzame ontwikkeling en een geïntegreerde aanpak, maar harde causaliteit tussen SDG's en verandering is moeilijk vast te stellen.4 De waarde van de SDG's ligt alvast in het aanreiken van een mondiaal toetsingskader op basis van een gedeelde set van indicatoren. Vandaag zijn VN-agentschappen, nationale statistici, universiteiten en denktanks druk in de weer om het scorebord van de SDG's bij te houden en de meetmethoden te verbeteren. Het bestaan van de SDG's helpt op een overzichtelijke en gezaghebbende manier de toestand van de planeet en zijn bevolking bij te houden.
Eén van de tientallen voorbeelden is de UHC Service Coverage Index die door de Wereldgezondheidsorganisatie wordt opgevolgd.5 Deze index geeft per land de vooruitgang weer omtrent SDG 3.8 over 'universal health coverage' (UHC) of universele gezondheidsdekking. Dit betekent een degelijk en betaalbaar gezondheidssysteem voor allen, een schaars goed in de wereld. Dankzij dit gemeenschappelijk referentiekader kunnen we sneller en beter beseffen waar we aan toe zijn.
REDDINGSACTIE VOOR DE SDG'S GEVRAAGD
Is de hoop op een harde correlatie tussen het bestaan van de SDG's en reële trendbreuken op het terrein te hoog gegrepen? Daar lijkt het wel op, als we het wedervaren van de MDG's bekijken en de huidige ontsporing van de SDG's. Maar rechtvaardigt dit een definitief oordeel over mondiaal bestuur op basis van meetbare doelstellingen? Dit voorlopige falen heeft in de eerste plaats te maken met de onwil van regeringen, grote delen van de privésector en de consumenten om met sociale en ecologische duurzaamheid rekening te houden. Moeten we in zo'n context dan maar tevreden zijn met de manier waarop de SDG's helpen meten om te weten, en in het beste geval zorgen voor een internationale beleidsfocus voor welbepaalde doelstellingen voor welbepaalde regio's?
Wat we op dit moment specifiek nodig hebben, is een gerichte reddingsactie voor de SDG's.
Niets, maar dan ook niets, verbiedt internationale organisaties, nationale of deelstaatregeringen, gemeentebesturen of ngo-koepels de SDG's meer dan ooit centraal te stellen in beleid en actie. Nu reeds proberen heel wat publieke en private actoren, van het lokale tot het mondiale niveau, de SDG's te realiseren. In sommige gevallen is de verwijzing naar de SDG's echter niet meer dan lippendienst. Wat we op dit moment specifiek nodig hebben, is een gerichte reddingsactie voor de SDG's. Dit impliceert dat nationale regeringen, regionale organisaties als de EU en machtige informele landengroepen als G7, BRICS en G20 de ontsporing van de SDG's expliciet bovenaan hun agenda zetten. Vervolgens werken ze een beleid uit dat focust op de doelstellingen die nu het meest achterop liggen. Een soortgelijke oefening deed de toenmalige G8 (de rijkste pro-westerse industrielanden met toen nog Rusland erbij) in 2010 voor de MDG's over de gezondheid van moeders en jonge kinderen, wat honderden miljoenen aan extra geldstromen opleverde.6 Daarbij is het niet alleen vitaal dat deze regeringen en landengroepen bekijken wat ze intern moeten doen, maar ook hoe zij de SDG's in hun externe actie kunnen bevorderden. Daarbij gaat het over het reduceren van onduurzame consumptiepartronen en import die elders de SDG's tegenwerken (bijvoorbeeld de EU die met haar import onwaardig werk en vervuiling in lageloonlanden bestendigt), maar ook actieve diplomatie op internationale fora om de focus op de SDG's te verscherpen. Zo'n belangrijke gelegenheid is de 'SDG summit' die de VN in september 2023 zullen houden.7 Dit is een bijzondere zitting van het High-Level Political Forum (HLPF) for Sustainable Development op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders. Het HPLF komt jaarlijks op ministerieel niveau samen om de voortgang van de SDG's te bespreken, maar de top van leiders vindt slechts om de vier jaar plaats. Geen afspraak om te missen dus om de SDG's weer op koers te krijgen.
SDG'S ONVOLDOENDE SYSTEMISCH
Inhoudelijk vertegenwoordigen de SDG's grote vooruitgang ten opzichte van de MDG's. In plaats van te focussen op een beperkte set materiële en sociale noden, zijn de SDG's doordrongen van het concept duurzame ontwikkeling dat sociale en economische aspiraties met ecologische duurzaamheid probeert te verzoenen. Anders dan de MDG's bevatten de SDG's veel milieuthema's met steeds aandacht voor de sociale en economische dimensie. Voorts benaderen de SDG's sociaal-economische thema's meer structureel. Waar de MDG's de extreme armoede wilden halveren, willen de SDG's die uitbannen, onder meer door 'sociale beschermingsvloeren' in elk land (SDG 1.3). De hele SDG 10 is gewijd aan ongelijkheid, wat de MDG's negeerden. De SDG's focussen niet enkel op welbepaalde ziektes, maar eisen ook universele gezondheidsdekking en meer gezondheidswerkers in de armste landen. Anders dan de MDG's veronderstellen de SDG's ten slotte veel hervormingen in de rijke landen, bijvoorbeeld op het vlak van voedselverspilling, duurzame energie en biodiversiteit. Het is een universele agenda.
De SDG's bieden een mengeling van duidelijke, cijfermatige doelstellingen en eerder vaag geformuleerde engagementen. Voor deze laatste is er dus minder druk.
Maar volgens terechte progressieve kritiek gaan de SDG's vaak niet ver genoeg. Vooreerst bieden de SDG's een mengeling van duidelijke, cijfermatige doelstellingen en eerder vaag geformuleerde engagementen. Voor deze laatste is er dus minder druk. Wat moet je bijvoorbeeld met SDG 12.2: 'Tegen 2030 het duurzame beheer en het efficiënte gebruik van natuurlijke hulpbronnen realiseren'? Inhoudelijk kun je zeggen dat SDG 10.1 ('Tegen 2030 geleidelijk tot een inkomenstoename van de onderste 40% van de bevolking komen tegen een ritme dat hoger ligt dan het nationale gemiddelde, en die toename ook in stand houden') geen krachtig antwoord biedt op de ongelijkheid. De SDG's moedigen hernieuwbare energie aan, maar zwijgen over decarbonisatie. De SDG's erkennen nergens ecologische limieten aan de mondiale economische groei.
Hoe dan ook zijn de SDG's voor hun realisatie afhankelijk van een mondiaal geopolitiek en financieel-economisch kader, dat zowel kan helpen als ondermijnen. De MDG's en SDG's hebben vooral geleden onder dat laatste, maar bevatten zelf amper engagementen voor systemische hervormingen. Het huidige economisch wereldsysteem bevat een mengeling van neoliberale globalisering en brutale machtspolitiek ten voordele van grote mogendheden en bedrijven, die het de armere landen moeilijk maakt eerlijke prijzen te krijgen, multinationals en mijnbouwbedrijven adequaat te belasten, en op industrieel vlak concurrentieel te zijn. Bovendien doorkruisen nieuwe oorlogen en meervoudige crisissen de realisatie van de SDG's, zoals ze dat ook met de MDG's deden.
Met andere woorden, de SDG's zijn misschien structureler dan hun voorgangers, maar lang niet systemisch genoeg. Dit is de grootste uitdaging voor het post-2030-kader, waar de VN het stilaan over moeten hebben. Systemische hervormingen moeten hoog op de agenda, mogelijk als aanvulling op een vernieuwde set SDG's met hogere en duidelijker ambities vanaf 2030. We hebben nood aan een nieuwe oefening, vergelijkbaar met de poging van de ontwikkelingslanden toen ze in 1974 in de VN-Algemene Vergadering de resolutie over de Nieuwe Internationale Orde (NIEO) doordrukten. Dit bood een kader voor hervormingen inzake handel, grondstoffenprijzen, investeringsregimes, technologietransfer, hulp, enzovoort, opdat de scheve Noord-Zuid-verhoudingen zouden worden rechtgetrokken, en de gedekoloniseerde landen eerlijke kansen zouden krijgen. De doorbraak van het neoliberalisme en de schuldencrisis van het Zuiden vanaf begin jaren 1980, wat die landen opnieuw erg afhankelijk maakte van het Westen, deden de NIEO in de prullenbak belanden.
NAAR EEN ACTUALISATIE VAN DE NIEUWE INTERNATIONALE ECONOMISCHE ORDE (NIEO)
Een nieuwe systemische agenda bevat eigentijdse invullingen voor thema's als decarbonisatie, klimaatfinanciering, patentrecht, regulering van voedsel-, energie- en grondstoffenmarkten, adequate belasting van bedrijven, schuldkwijtschelding. Vandaag is het Zuiden veel sterker en assertiever dan in de jaren 1970, op voorwaarde dat grote spelers als China, India en Brazilië solidariteit met de zwakkere landen betonen, en niet plat voor hun eigen belangen gaan. Bovendien zit het neoliberalisme nu zwaar in het defensief. De geopolitieke en ideologische kaarten lijken met andere woorden iets gunstiger te liggen dan voor de NIEO van weleer.
De EU moet consequent zijn en een nieuwe systemische agenda omarmen.
Maar opnieuw zijn wij grotendeels aangewezen op wensdenken. De EU, die omtrent duurzame ontwikkeling en multilaterale samenwerking graag de moral heigh ground opzoekt, moet consequent zijn en een dergelijke agenda omarmen. Nu met Rusland geen land te bezeilen valt, is een constructieve relatie tussen de VS en China van het grootste belang. Ondanks het felle wantrouwen en de toenemende spanningen signaleren de VS en China elkaar soms dat ze omtrent de mondiale thema's willen samenwerken. De autocratische Chinese president Xi Jinping presenteert China als een steunpilaar van het multilaterale systeem en de open wereldeconomie. Hier is toch iets van gemeenschappelijke grond voor de cruciale diplomatieke as Washington-Beijing. Een hernieuwde verstandhouding tussen de VS en China zou ook kunnen helpen om de gewapende conflicten te verminderen, en Rusland in te tomen. Naast de VN SDG summit in 2023, die elke hoofdstad eindelijk serieus moet nemen, werkt de VN-Secretaris-Generaal nu ook aan een 'Summit of the Future', gepland in september 2024.8 Daar wil Guterres het in feite over volgende fundamentele vragen hebben: hoe gaan we op deze planeet met elkaar om, hoe houden we de planeet leefbaar, en wat is de rol van de VN daarin? Laat deze ontmoetingen geen gemiste kansen worden, maar een stevig post-2030-kader in de steigers zetten.
EINDNOTEN
- https://www.sdgs.be/nl.↑
- UN. 2022. Progress towards the Sustainable Development Goals. Report of the Secretary-General. E/2022/55. 29 april 2022.↑
- Friedman, H. S. (2013). Causal Inference and the Millennium Development Goals (MDGs): Assessing Whether There Was an Acceleration in MDG Development Indicators Following the MDG Declaration. Retrieved from https://mpra.ub.uni-muenchen.de/48793/1/MPRA_paper_48793.pdf; Biermann, F., Hickmann, T., & Sénit, C.-A. (2022). Assessing the Impact of Global Goals: Setting the Stage. In C.-A. Sénit, F. Biermann, & T. Hickmann (Eds.), The Political Impact of the Sustainable Development Goals: Transforming Governance Through Global Goals? (pp. 1-21). Cambridge: Cambridge University Press.↑
- Biermann, F., Hickmann, T., Sénit, C.-A., & Grob, L. (2022). The Sustainable Development Goals as a Transformative Force?: Key Insights. In C.-A. Sénit, F. Biermann, & T. Hickmann (Eds.), The Political Impact of the Sustainable Development Goals: Transforming Governance Through Global Goals? (pp. 204-226). Cambridge: Cambridge University Press.↑
- https://www.who.int/data/gho/indicator-metadata-registry/imr-details/4834.↑
- Bhushan, A., & Slahub, J. (2014). The Muskoka Initiative and global health financing: North-South Institute.↑
- https://hlpf.un.org/2023.↑
- United Nations General Assembly, resolutie A/RES/76/307.↑
Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 9 (november), pagina 34 tot 39
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.