Dit is mijn getuigenis over hoe het is om als Belgische te wonen en te werken in het VK, vóór en na het Brexit-referendum. Ik heb een persoonlijke en professionele band met zowel het VK als de EU. Het Brexit-saga heeft voor mij dan ook iets van een rouwproces.
De manier waarop we belangrijke ontwikkelingen in de maatschappij ervaren wordt grotendeels bepaald door onze plaats in die maatschappij. Zo ook werd mijn ervaring van de Brexit-historie beïnvloed door mijn eigen bijzondere relatie met zowel de EU als het Verenigd Koninkrijk (VK). Ik verklaar me nader.
In september 2007 verhuisde ik voor het eerst naar Engeland, met bestemming Manchester. Daar kreeg ik een doctoraatsbeurs voor een studie over het Veiligheids- en Defensiebeleid van de EU. Na het afronden van dat doctoraat werkte ik een tijdje in Zwitserland – een onderzoeksfunctie gericht op EU-Afrika relaties. Waarna ik vervolgens twee jaar als Politiek Adviseur functioneerde voor de EU-missie in Kosovo. Vanuit Kosovo keerde ik terug naar het VK, deze keer naar het zuiden van Engeland, om als Hoofddocent Internationale Relaties te werken aan de Britse Koninklijke Militaire Academie (Sandhurst). Sinds anderhalf jaar woon ik met mijn Britse partner in 'The Midlands' en werk ik als hoofddocent aan een universiteit in Nottingham. Daar geef ik les over en doe ik onderzoek naar Internationale Veiligheid en het Europees veiligheidsbeleid.
Zowel op persoonlijk als professioneel vlak spelen de EU en het VK dus een belangrijke rol in mijn leven. Als Vlaamse in het VK met een hart voor Europa en een cv vol EU-expertise kwam de uitslag van het referendum hard aan. De weg die ik heb afgelegd sinds die bewuste dag heeft dan ook iets van een rouwproces.
HET REFERENDUM: SHOCK EN ONTKENNING
De ochtend na het referendum was er een van totaal ongeloof. De eerste twee dagen kreeg ik nauwelijks een woord gezegd. Voor iemand die een groot deel van haar carrière in de EU had geïnvesteerd, was de Brexit-stem een shock. Dat het EU-lidmaatschap voor het VK tot een einde zou komen, was niet te vatten. We maakten immers deel uit van dezelfde Europese familie en familiebanden ontdoe je zomaar niet, hoe problematisch ze ook zijn.
Die familieband stond me toe om in 2007 naar Manchester te verhuizen zonder veel administratieve beslommeringen. Ik werd er al snel opgenomen in academische en creatieve kringen. Het VK toonde zich als een gastvrij en ruimdenkend land waar ik me als Belgische doctoraat studente thuis mocht voelen. Sinds het referendum besef ik hoe ik dat gevoel destijds als vanzelfsprekend beschouwde.
Op het moment van het referendum werkte ik voor de Britse Militaire Academie, waar vele (vooral oudere) officieren pro-Brexit zijn – voornamelijk uit vrees voor de oprichting van een 'Europese legermacht' en het verlies van controle over commandostructuren. Ik keek er dan ook niet naar uit om met mijn gebroken Europees hart in die omgeving les te geven over internationale relaties en veiligheid. Maar enkele dagen na het referendum kwam mijn toenmalige baas mijn hoorcollege binnengestapt en sprak de officieren in opleiding toe: 'Ik hoop dat niemand van jullie voor Brexit heeft gestemd, want het is dankzij de EU dat An hier lesgeeft. Dankzij de EU hebben we een expert uit Europa kunnen aanwerven'. Het is inderdaad zo dat de EU haar lidstaten vraagt om een bepaald percentage posities binnen de ambtenarij open te stellen voor kandidaten uit andere lidstaten (een regel die overigens niet door alle lidstaten wordt nageleefd). Ik voelde me gesteund in een organisatie die toch voornamelijk pro-Brexit was. De shock maakte langzaam plaats voor ontkenning.
Door de vele leugens die de ronde deden tijdens de Brexit-campagne voelden vele Britten zich achteraf bedrogen. Van mensen rond mij – onder andere de postbode, de kapper en legerofficieren – hoorde ik hetzelfde verhaal: 'Als ik het beter begrepen had, dan had ik nooit voor Brexit gestemd'. Of: 'Mijn stem was vooral een stem tégen de 'Tories', maar ik had nooit gedacht dat het ook echt zou gebeuren'. Die verhalen sterkten mijn hoop dat het referendum onwettig zou worden verklaard of op zijn minst zou worden overgedaan.
Ik hou van dit land, van zijn gekke gewoontes, zijn ruimdenkendheid en eigenzinnigheid, van zijn kust, cultuur, en zijn prachtige natuur.
Mijn geliefde EU en VK konden eenvoudigweg niet scheiden. Ze hebben allebei hun slechte kantjes maar ze zijn een betere versie van zichzelf als ze samenblijven. De EU is een bureaucratische mastodont met een doolhof van inefficiënte besluitvormingsprocedures. Maar ik geloof steevast dat het integratieproject uiteindelijk ten goede komt aan de Europese landen en hun burgers. En ja, het VK is wat ik in het Engels 'quirky' zou noemen. Azijn op de frieten, melk in de thee, links rijden, … rare jongens die Britten! Ze zitten hier vast in imperialistisch denken, een inclinatie om vast te houden aan de geschiedenis van het Britse rijk – dat ooit ongeveer 25% van de wereldoppervlakte omvatte – en een onvermogen om de huidige status van het VK in de wereld te accepteren. Maar ik hou van dit land, van zijn gekke gewoontes, zijn ruimdenkendheid en eigenzinnigheid, van zijn kust, cultuur, en zijn prachtige natuur. In mijn ontkenningsfase was ik overtuigd dat het weer goed zou komen. Dit was enkel een 'blipje' in de relatie en we zouden er achteraf eens goed om kunnen lachen.
EEN NIEUW TIJDGEEST: WOEDE EN PIJN
Maar hoezeer ik ook struisvogel speelde, het Brexit-saga zette zich voort en de ontkenning maakte plaats voor woede. Ik kan niet goed kwaad zijn, maar de teleurstellingen van Brexit wakkerden mijn boosheid aan.
Ik was kwaad over de misinformatie die elke dag te lezen en te horen was in de media.
Ik was kwaad over de misinformatie die elke dag te lezen en te horen was in reguliere media, tabloids en sociale media. Om een voorbeeld te geven: verschillende media rapporteerden dat 'het Europees vrij verkeer van personen ervoor zorgde dat IS-leden zich in Engeland konden vestigen', terwijl het VK nooit in de Schengenzone was. Ik was getuige van het verspreiden van misinformatie, maar ook van een gebrek aan informatie, zelfs totale onwetendheid. Blijkbaar was de meest gegoogelde vraag in het VK de dag na het referendum 'What is the EU?'. Zucht. Een mens zou voor minder kwaad zijn.
Ik was ook kwaad omdat ik me plots moest informeren over mijn rechten als EU-burger in het VK. Tot juni 2016 had ik me die vraag nooit gesteld. Het feit dat ik nu administratieve regelingen zou moeten treffen, maakte dat ik me minder welkom voelde. Samen met mij koesterden vele EU-burgers in het VK een groot wantrouwen in de Britse regering, die ons gebruikte als pionnen aan de onderhandelingstafel.
Maar de meeste woede en pijn voelde ik over de maatschappelijke schade die het referendum had aangericht. Een land dat voor mij altijd gastvrij en ruimdenkend was, toonde nu een nieuwe trend. Het referendum leek groen licht te geven om voorheen verborgen racistische, extreemrechtse of EU-onvriendelijke gevoelens bloot te leggen. Verhalen deden al snel de ronde van lelijke uitlatingen naar buitenlanders toe. Zo vroeg de visboer aan mijn Italiaanse collega wanneer ze naar Italië zou terugkeren. Toen ze uitlegde dat ze in Engeland woonde en werkte, zei hij dat ze beter nu kon terugkeren om een gedwongen deportatie de vermijden. Er zit geen logica in de redenering van de visboer, maar het toont wel de nieuwe tijdgeest van extreemrechts sentiment dat aan de oppervlakte kwam. Dit soort verhalen waren schering en inslag in de onmiddellijke nasleep van het referendum, en ze deden afbreuk aan mijn 'thuis' gevoel in het VK. Ik had altijd een 'sense of belonging' gehad, en dat was nu geschonden.
Wat me steunde is dat een Britse vriendin me op het hart drukte dat haar 'sense of belonging' ook geschonden was. Dit gevoel was niet het alleenrecht van niet-Britten. Zij die vóór EU-lidmaatschap stemden waren niet alleen teleurgesteld over de uitslag van het referendum, ze waren eveneens onaangenaam verrast door de maatschappelijke veranderingen die daaruit voortkwamen en voelden zich als gevolg minder thuis in eigen land.
WE ZULLEN DOORGAAN: LOSLATEN EN BETROKKENHEID
Door de lange aansleep van de onderhandelingen ontwikkelde zich bij velen een 'Brexit fatigue'. Ook bij mij was dat het geval. Ondanks mijn professionele gevestigde belangen in de EU merkte ik dat het me minder kon boeien. Dat is misschien een vorm van loslaten. Maar het heeft wellicht ook veel te maken met mijn eigen plaats in de Britse maatschappij.
Ik heb in het VK mooie kansen gekregen. Ik heb hier drie jaar mogen doctoreren, ik heb hier mogen werken voor een oer-Britse instelling (het Leger), ik werd in die instelling vastbenoemd als ambtenaar, en mocht onbetaald verlof nemen omdat ik een positie kreeg aan een Britse universiteit. Brexit of geen Brexit, de realiteit – mijn realiteit – is dat ik mijn leven grotendeels kan verderzetten als voorheen. Ik besef heel goed dat dat niet voor iedereen mogelijk is.
Misschien is het daarom dat ik langzaam de drang ontwikkelde om 'fake news' te bestrijden. Zo introduceerde ik in mijn lessen aan de Militaire Academie tien minuten actualiteit, om een idee te krijgen hoe mijn studenten Brexit begrepen (of niet begrepen), en om mogelijke misvattingen te corrigeren. Ik startte mijn eigen kleine missie om de officieren in het Britse Leger correct te informeren over de EU onder het motto 'Knowledge is power'.
Maar mijn missie ging verder dan het Britse Leger. Toen ik werd gevraagd om mondeling advies te geven in het Britse Hogerhuis omtrent een mogelijke samenwerking tussen het VK en de EU op het vlak van buitenlands veiligheids- en defensiebeleid aarzelde ik geen moment. Ik heb de Lords en Baronessen duidelijk gemaakt dat de EU ondanks haar zwaktes een belangrijke speler is. De EU kan bijvoorbeeld visaliberalisatie en handelsakkoorden aanbieden op een schaal die het VK alleen eenvoudigweg niet kan evenaren. In Kosovo was ik er getuige van hoe mogelijke EU-beloningen een motiverende factor kunnen zijn om institutionele hervormingen door te voeren – wat dan weer ten goede komt aan regionale veiligheid en het bestrijden van internationale misdaad. Het voelde goed dat ik bij het Hogerhuis mijn ei kwijt kon.
ZOEKEN NAAR DE ZIN VAN BREXIT
De laatste fase van mijn rouwproces is het zoeken naar de zin van Brexit. Geen gemakkelijke opgave. Maar ondanks mijn Brexit verdriet en mijn teleurstelling in het magere akkoord dat sinds 1 januari 2021 de relatie tussen het VK en de EU bepaalt, heeft Brexit me toch ook een aantal dingen geleerd.
Ten eerste, ondanks een behoorlijke toename in extreemrechts sentiment na het referendum, heb ik geleerd dat de Brexit-kiezer niet noodzakelijk tégen de buitenlander, of zelfs tégen de EU heeft gestemd. Kiesgedrag wordt bepaald door mensen hun plaats in de maatschappij: hun job, woonplaats, de media die ze raadplegen. De Britse klassenmaatschappij – die toch nog heel voelbaar is hier – speelde ook een grote rol: een stem tégen de 'Tories', tégen de elite.
Het VK behoort nog steeds tot de meest ruimdenkende, gastvrije en tolerante Europese landen.
Mijn ervaringen en observaties omtrent de integratie van migranten in de Britse maatschappij overtuigen me dat het VK nog steeds tot de meest ruimdenkende, gastvrije en tolerante Europese landen behoort. En die tolerantie gaat verder dan nationaliteit. Zo ken ik twee Poolse mannen die naar hier verhuisd zijn om ongestoord als koppel door het leven te kunnen gaan. Iets wat in Polen volgens hen niet mogelijk is. Polen is óók de EU. Alles is relatief natuurlijk.
Brexit heeft me ook doen nadenken over mijn eigen geboortestad Genk. Ik heb me voor het eerst afgevraagd of de mensen van Italiaanse, Marokkaanse of Turkse afkomst waarmee ik opgroeide dezelfde gevoelens hadden als ik na het referendum – een gebrek aan thuishoren.
Ik schrijf dit op 1 januari 2021. De dag dat het VK zowel wettelijk als praktisch de EU verlaat. De BBC rapporteert uitvoerig over de nieuwe regels, wat nog mag en wat niet meer kan. Maar de berichtgeving over deze langverwachte Brexit-dag wordt overschaduwd door COVID-19. Sinds het begin van hun EU-lidmaatschap hebben Britse politici en media de EU als zondebok gebruikt voor alles wat misliep in het VK. Ik denk dat de coronacrisis voorlopig de schuld zal krijgen van nakende economische en maatschappelijke problemen, maar ik vraag me af wie of wat er na corona aan de beurt zal zijn.
Ten slotte heeft Brexit mij geleerd dat politiek gemanoeuvreer niets afdoet aan mijn liefde voor het VK of de EU. Ze zitten allebei in mijn hart en dat zal zo blijven. En wat de toekomst betreft… Ik ben alvast gerustgesteld dat ik onder de nieuwe regels nog 42 liter Belgisch bier naar Engeland mag brengen. Voor eigen consumptie, uiteraard!
Samenleving & Politiek, Jaargang 28, 2021, nr. 1 (januari), pagina 15 tot 19
BYE BYE BRITAIN
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.