Abonneer Log in

Tijd voor een nieuw tijdperk van integratieoptimisme

  • Leo Lucassen - Directeur van Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis in Amsterdam

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 6 (juni), pagina 34 tot 35

Vandaag zijn we in een situatie beland waarin de (klein)kinderen van migranten het steeds beter doen en de arbeidsmarkt steeds meer afhankelijk is van nieuwe immigranten.

In ons boek Vijf Eeuwen Migratie. Een verhaal van winnaars en verliezers uit 2018 constateerden mijn boer Jan en ik dat we vanaf de jaren 1960 kunnen spreken van een tijdperk van integratieoptimisme. Niet dat er geen protesten of conflicten waren, maar een combinatie van enorme economische groei en progressieve ideeën, zorgde ervoor dat migratie geen belangrijk politiek thema was.

Dat optimisme werd nog versterkt door wat wij in ons boek de ‘ethische revolutie’ hebben genoemd: het besef dat Auschwitz en de Holocaust het gevolg zijn van een moorddadige racistische ideologie geworteld in de overtuiging dat witte Europeanen (bij voorkeur uit Noordwest-Europa) een superieur ras vormen. En bijgevolg dat we enorm attent moeten zijn op signalen in de samenleving die op een heropleving van discriminatie en racisme zouden kunnen wijzen. Die ethische overtuiging werd gevoed door de sterk toegenomen belangstelling voor de lessen van Auschwitz, een thema dat internationaal pas echt een hoge vlucht nam vanaf het midden van de jaren 1960. Zo sterk dat ook toen na de Oliecrisis in 1973 veel gastarbeiders uit Marokko en Turkije besloten hun gezinnen naar West-Europa te halen en niet lang daarna massaal werkloos werden, het politiseren van migratie lange tijd taboe bleef. Politici die xenofobie als centraal thema kozen, zoals Hans Janmaat in Nederland, werden door de media als paria’s behandeld en trokken weinig stemmen in de jaren 1980 en 1990. In Vlaanderen zagen we iets soortgelijks met het in 1978 opgerichte Vlaams Blok, zij het dat de doorbraak aan het begin van de jaren 1990 een decennium eerder plaatsvond dan in Nederland met Pim Fortuyn.

De omslag naar een tijdperk van integratiepessimisme hing sterk samen met de Rushdie-affaire in 1989. Een aantal voormalige gastarbeiders trokken in Den Haag en Rotterdam de straat op om te protesteren tegen het in hun ogen verschenen blasfemische boek De duivelsverzen. De voorgenomen Nederlandse vertaling ervan bracht een schok teweeg in de publieke opinie, vooral ter linkerzijde. Zo fulmineerden toonaangevende linkse stemmen als Jan Blokker (Volkskrant), Rinus Ferdinandusse (Vrij Nederland) en Gerrit Komrij tegen de in hun ogen primitieve en reactionaire ‘moslims’ die alle progressieve verworvenheden van de jaren 1960 (secularisme, gelijkheid mannen en vrouwen, hetero’s en homo’s) teniet dreigden te doen. Zij schilderden moslims – het is overigens ook in die tijd dat die term gaat domineren – af als een onintegreerbaar ‘Paard van Troje’-achtige bevolkingsgroep. Het waren echter rechtse politici, zoals de toenmalige VVD-leider Frits Bolkestein in Nederland en het vanaf die tijd sterk groeiende Vlaams Blok in Vlaanderen, die er met de electorale buit vandoor gingen. Het integratiepessimisme verdiepte zich vervolgens omstreeks de eeuwwisseling als het anti-migratie- en anti-moslimsentiment met de – zeker voor links – onverwachte opkomst van Pim Fortuyn diep wortel schiet, bezegeld door 9/11.

Het integratiepessimisme verdiepte zich omstreeks de eeuwwisseling als het anti-migratie- en anti-moslimsentiment.

Het gevolg was dat islamofobische anti-migratiestemmingmakerij in de politiek steeds minder taboe werd, terwijl aan de andere kant de integratie van de kinderen van de voormalige gastarbeiders, maar ook die van vluchtelingen uit de jaren 1990 – het decennium met tot nu toe de hoogste aantallen – gestaag voortging, zowel structureel (schoolresultaten, sociale stijging) als identificationeel (gedeelde waarden over gelijkheid, democratie).

Inmiddels zijn we in een situatie beland waarin de (klein)kinderen van migranten het steeds beter doen, en de arbeidsmarkt (door een sterke economische groei en een krimpende bevolking) steeds meer afhankelijk is van nieuwe immigranten. Tijd voor een nieuw tijdperk van integratieoptimisme, zou je zo denken. Maar niets is minder waar. Een belangrijke verklaring is dat linkse en middenpartijen veel te ver zijn meegegaan met zowel de neoliberalisering van de samenleving (de ’Derde Weg’), maar tegelijkertijd ook in het overnemen van het xenofobe en anti-moslimframe van rechts. Met name rechtse en radicaal-rechtse partijen gebruiken migranten, met asielzoekers als favoriet, zeer succesvol als zondebok voor de verslechtering van publieke diensten, het tekort aan woningen, en zo meer. Dat een aantal linkse partijen daar nu op terugkomt, is onvoldoende om het tij weer te keren.

De grote uitdaging van links, en het midden, lijkt om naast feiten eveneens het emotionele register van kiezers aan te boren.

Maar er speelt nog meer: migratie is de afgelopen tien jaar onderdeel geworden van een veel grotere ideologische strijd, waarbij de erfenis van de jaren 1960 in de vuurlinie is komen te liggen, zoals de emancipatie van vrouwen, fluïde genderidentiteiten, klimaatactivisme en de strijd tegen racisme zelf. We moeten constateren dat (radicaal-) rechts aanzienlijk succesvoller is om op deze wijze een appel te doen op een diepe emotionele laag bij veel kiezers die zich bedreigd zien door externe ontwikkelingen. Bij het benadrukken van de eigen groep en de eigen cultuur, wat die ook moge inhouden, delven feiten over migratie, klimaat en sociale ongelijkheid vooralsnog het onderspit. De grote uitdaging van links, en het midden, lijkt dan ook om naast feiten eveneens dat emotionele register aan te boren. En dan, in plaats van in te spelen op verzorgingsstaatchauvinisme, islamofobie en xenofobie, de kiezer aan te spreken op gelijkheid, solidariteit en empathie.

Ik besef dat dit gemakkelijker is gezegd dan gedaan, en dat rechts vooralsnog een aanzienlijke voorsprong heeft. Echter, een alternatief is er niet. Want wat we wel weten, is dat het overnemen van het rechtse frame (‘ze kaarten terechte problemen aan, maar komen met de verkeerde oplossingen’) het nu hoogtij vierende etnocentrisme en de xenofobie alleen maar bevestigt en zo dieper verankert.

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 6 (juni), pagina 34 tot 35

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.