Abonneer Log in

Wie zijn de Rijkste Belgen?

  • Ludwig Verduyn - Journalist en drijvende kracht achter ww.derijkstebelgen.be

Samenleving & Politiek, Jaargang 30, 2023, nr. 1 (januari), pagina 5 tot 10

Kan je in België de Amerikaanse droom waarmaken waarbij je een groot vermogen kan opbouwen in één generatie tijd? Niet evident, zo blijkt. Wie de lijst van de rijke families overloopt, vindt daarin nogal wat klassieke adellijke namen terug.

© Rob Marcelis

Het jaar 2021. Het Covidvirus slaat diepe wonden in de samenleving. Hoe sterk is de Belgische economie gewapend tegen de mokerslagen van corona? Nauwelijks is het land hersteld van de pandemie of de Russische oligarch Poetin valt Oekraïne binnen. Een nieuwe energiecrisis rolt over het land. Wat staat op het spel inzake welvaart en tewerkstelling? Het antwoord op die vragen wordt mee bepaald door de omvang van de financiële reserves van de families die de economie mee aansturen.

Al 20 jaar lang volg ik het wel en wee van deze vermogensopbouw. Nu meer dan ooit is het antwoord op de vraag belangrijk: wie zijn de Rijkste Belgen en waar halen ze hun geld vandaan? In dit artikel blik ik 20 jaar terug, op het ontstaan van de lijst van Rijkste Belgen en trek ik de lijn door naar vandaag.

ONTSTAAN

Er is in de journalistiek weinig, denk ik, dat zo delicaat is als het schrijven over het geld van individuele mensen, en zeker al over het geld van vermogende mensen. Wanneer ik in het jaar 1998 mijn eerste stappen zette in dit werk, zou ik al snel merken dat ik mij op glad ijs waagde. Je kan bij wijze van spreken alles zeggen over de Vlaming, zolang je maar niet aan zijn portefeuille raakt. In dat jaar 1998 was ik hoofdredacteur van De Morgen. De krant was en is nog steeds een onderdeel van het mediabedrijf van Christian Van Thillo (vermogen: 1,629 miljard euro), naast populaire titels zoals Het Laatste Nieuws, Dag Allemaal en VTM. Een lijst van Rijkste Belgen vond Van Thillo initieel een goed idee. Hij kwam zelfs persoonlijk een paar keer kijken hoe de werken vorderden. Hij doorliep met interesse de lijst die ik langzaam maar zeker opbouwde. Regelmatig speelde daarbij een glimlach om zijn mond. Maar wanneer hij het idee van de Rijkste Belgen begon voor te stellen aan zijn zakenkennissen verdween die glimlach al snel. Weinigen vonden dat een goed idee, dergelijke transparantie over grote vermogens. Ze lieten dat nogal nadrukkelijk weten aan Van Thillo. Waarop de mediabaas de grote middelen inzette om de publicatie van de lijst in zijn krant voorgoed onmogelijk te maken. De lijst van Rijkste Belgen zou dus niet in De Morgen worden gepubliceerd.

Op vraag van Van Thillo werd mijn opgemaakte lijst kapot geanalyseerd door een revisor, waarna er een groot advocatenbureau op losgelaten werd. Die formuleerden allerlei moeilijkheden, met de privacy voorop. Zo werd ik aangemaand alle 200 kandidaat-Rijke Belgen een aangetekende brief te sturen met de melding dat ze zouden worden opgenomen in deze lijst. Als reactie op mijn schrijven kreeg ik iets meer dan 180 brieven terug, meestal aangetekend, meestal van advocatenkantoren. In al die brieven werd mij in al dan niet dreigende taal aanbevolen mijn werk te stoppen en zeker de vermelde families niet op te nemen in mijn ranking. Het leerde mij in eerste instantie iets over netwerken. Ik ontdekte al snel dat er in al die brieven twee 'scholen' schuilgingen. Er waren duidelijk twee soorten brieven, die zelfs van elkaar gekopieerd leken. Ze haalden dezelfde argumenten aan, in dezelfde volgorde, met dezelfde bewoordingen. Blijkbaar waren er twee soorten zakenclubs waar mijn aangetekende brieven ter sprake werden gebracht. Het leerde meteen iets over die zakenclubs: het zijn plaatsen waar geprivilegieerde mensen elkaar ontmoeten om geprivilegieerde informatie uit te wisselen. Kennis is macht.

Eén Rijke Belg, Marc Coucke (vermogen: 835 miljoen euro), om hem niet te noemen, toen nog eigenaar van Omega Pharma, reageerde cynisch maar ludiek. 'Ik kreeg een aangetekende brief maar was niet thuis. Dus stapte ik op mijn fiets om door weer en wind de brief op te halen in het postkantoor. Tot mijn verbazing las ik in die brief dat ik een miljardair was. Dat moet een vergissing zijn, dacht ik. Want ik ben helemaal geen miljardair.' Niet onbelangrijk, die eerste lijst was nog opgesteld in Belgische frank. Marc Coucke zou nog een heel parcours afleggen vooraleer hij euromiljardair zou worden.

Marc Coucke reageerde cynisch maar ludiek op mijn lijst: 'Tot mijn verbazing las ik dat ik een miljardair was'.

Een andere rijke Belg, ondertussen overleden, belde me op kort na de middag, duidelijk met aangeschoten stem, om me de huid vol te schelden. Waar haalde ik het lef vandaan om zoiets te doen! Een ondernemer uit Oost-Vlaanderen nam ook contact. Hij vond dat ik zijn vermogen te laag ingeschat had. Het was een bedrijfsleider die nog elke dag op zijn werkvloer stond, tussen zijn werkvolk. Had ik wel rekening gehouden met zijn buitenlandse filialen? En had ik wel de juiste winstcijfers gehanteerd? Zijn opmerkingen stonden in schril contrast met een andere, grotere, tycoon die vond dat hij veel te laag gequoteerd was, maar hij ventileerde zijn ergernis enkel op het golfterrein. Op datzelfde golfterrein werd Christian Van Thillo aangesproken door de burgemeester van Knokke, wijlen Leopold Lippens. Die verzekerde hem dat de hele business community zich tegen de mediaondernemer zou keren, mocht hij de publicatie doorzetten. Voor Van Thillo werd dat gesprek het argument om de publicatie definitief te begraven.

De ranking verscheen dus nooit in De Morgen, maar wel in het jaar 2000 in boekvorm en ze werd eveneens gepubliceerd in het weekblad Humo. Zelf had ik de krant dan al achter mij gelaten. Ondertussen werden regelmatig al dan niet uitvoerige updates opgemaakt en gepubliceerd in diverse media. In 2015 zag de website www.derijkstebelgen.be het licht. Op jaarbasis lezen nu meer dan 1 miljoen mensen de berichten over De Rijkste Belgen.

METHODIEK

Het overzicht van Rijkste Belgen is geen eindproduct van een oefening sensatiedenken van een redactie gebaseerd op een mengeling van voyeurisme en afgunst. Dat laatste werd me vroeger meer dan nu dikwijls verweten. Ik zou jaloers zijn op al die rijke mensen. Neen dus. Bedoeling was na te gaan in welke mate onze samenleving liberaal is in de filosofische zin van het woord. Kort door de bocht vertaald, kan je in België de Amerikaanse droom waarmaken waarbij je een groot vermogen kan opbouwen in één generatie tijd. En dat liefst op een legale manier. Wanneer de lijst doorheen de tijd zou worden opgemaakt, zou de evolutie van vermogens leren of die snelle opbouw van vermogens al dan niet haalbaar is in België.

'Ondernemers kunnen het publieke daglicht niet schuwen,' schreef professor Jef Vuchelen in 2000 in zijn voorwoord bij het eerste boek over de Rijkste Belgen. 'Met behulp van dit cijfermateriaal over een voldoende lange periode kan de dynamiek van het Belgisch familiekapitalisme worden doorgrond. Zo zal een inzicht ontstaan in de redenen waarom bepaalde families meer economisch en financieel succes kenden dan andere.' De professor emeritus, toen nog verbonden aan de VUB, verwees ook naar de Amerikaanse mentaliteit om met grote fierheid zijn successen aan de wijde wereld te tonen, een mentaliteit die vreemd is in de Europese ondernemingswereld, en nog in grotere mate in de Belgische. 'Nochtans mag men niet vergeten dat economische en financiële successen belangrijk zijn voor het stimuleren van het ondernemerschap. Successen worden nagebootst en zetten anderen aan om ook te innoveren. Of dacht men dat zonder het succes van Bill Gates de computermarkt een even grote vlucht zou hebben gekend?', aldus nog Jef Vuchelen.

TENDENSEN

Al in dat eerste boek werden een aantal tendensen blootgelegd. Onder meer dat de rijkste nijveraars de West-Vlamingen zijn. De regio Zuidwest-Vlaanderen, waar Porsche en Tesla zich thuis voelen, scheert de hoogste toppen. Anders wordt het wanneer we de steden bekijken. Dan stellen we vast dat Brussel met de prijzen gaat lopen. Limburg scoort als provincie het zwakst en heeft af te rekenen met haar verleden als steenkoolproducent. In het hele verhaal komt Wallonië bijna niet voor. In 1998 lag de levensstandaard in Wallonië bijna 29% lager lag dan in Vlaanderen. De Waalse economie draaide bijna volledig op steenkool en staal. In de tweede helft van de 19e eeuw was Wallonië een koploper in de Industriële Revolutie. Maar vanaf 1890 kwam de regio reeds in een fase van stagnatie terecht. De bevolking verouderde sneller, er was een overwicht aan arbeiders die allen in de zware industrie werkten en de beslissingscentra over die zware industrie lagen niet in Wallonië zelf maar in Brussel. Na vijftig jaar stagnatie zette de neerwaartse trend zich in. Steenkool was een doodlopende sector en ook staal kreeg het moeilijk. In 1965 was de werkloosheid voor het eerst hoger in Wallonië dan in Vlaanderen. In 1987 bereikte de Waalse tewerkstelling een historisch dieptepunt.

Vandaag heeft Limburg zijn afhankelijkheid van grote multinationals, zoals de wijlen Ford vestiging in Genk, weten op te vangen met de uitbouw van een netwerk van lokaal verankerde kmo's. Dat gebeurde mee onder impuls van de injectie van overheidsgeld als risicokapitaal. Hetzelfde lukt tot op vandaag niet in Wallonië. Enkel Waals-Brabant springt hier uit de band. Mede dank zij de farma-industrie is de regio momenteel één van de meest welvarende in België.

'In den beginne was er de boer,' schreven we in 2000. Basisbehoeften, dat zou een samenvatting kunnen zijn van de sectoren die het meest doorwegen in de samenstelling van de lijst van de 200 rijkste families. Eten en drinken prijkt met enige voorsprong vooraan in de lijst. Brouwers, bakkers en beenhouwers zijn sterk aanwezig. Dat is op vandaag zo gebleven. Grootste uitzondering is hier wellicht Roland Duchâtelet (vermogen: 1,587 miljard euro) die miljardair werd met de productie van halfgeleiders bestemd voor de auto-industrie. De voorbije decennia werd ook de aanwezigheid van vastgoedinvesteringen steeds belangrijker, vooral als gevolg van de tot op vandaag aanhoudende lage rente. De Europese Commissie legde recent een lijst vast van meer dan 50 strategische producten waarbij Europa afhankelijk is van het buitenland. Van die 50 zijn er weinig terug te vinden in onze lijst van Rijkste Belgen.

Roland Duchâtelet werd miljardair met de productie van halfgeleiders bestemd voor de auto-industrie.

Een laatste tendens die we willen halen: wie de lijst van de rijke families overloopt, vindt daarin nogal wat klassieke adellijke namen terug. De families Janssen (UCB en Solvay, vermogen: 3,134 miljard euro) en Boël (Sofina, vermogen: 2,995 miljard euro), via het huwelijk ook met elkaar verbonden, hebben blauw bloed in hun aderen lopen. De hele aandeelhoudersconstructie rond de biergigant AB Inbev is gebouwd op de adellijke families de Spoelberch (vermogen: 6,846 miljard euro), de Mévius (vermogen: 3,423 miljard euro), Van der Straten Ponthoz en van Strydonck de Burkel. Een andere opmerkelijke adellijke vertegenwoordiger is baron Maurice Lippens (vermogen: 29 miljoen euro). Rond Pasen 1998 kwam koning Albert II persoonlijk tussen in de overnamestrijd rond de Generale Bank. De vorst steunde Maurice Lippens die de bank wou fuseren met de ASLK onder de vleugels van de groep Fortis. Tegenkandidaat was de Nederlandse bankengroep ABN Amro. Wanneer Lippens zijn buit binnenhaalde en controle verwierf over de Generale Bank, droeg hij die overwinning op aan Albert II. Anderhalve maand later kreeg Lippens van diezelfde Albert II de erfelijke titel van graaf toegekend. Wanneer hij later met Fortis op bedenkelijke wijze ten onder ging, samen met het vermogen van enkele duizenden kleine beleggers, moest hij die titel niet terug afgeven. Wijlen textielmagnaat Roger De Clerck (vermogen: 1,292 miljard euro) liep zijn barontitel dan weer mis nadat een uitgebreid fiscaal onderzoek tegen hem van start ging. Hij was nochtans goed gepositioneerd en stond even op de short list. Ook wijlen industrieel André Leysen, vader van Thomas Leysen (vermogen: 50 miljoen euro), zal het nooit maken in de adelstand, maar dat heeft dan weer alles te maken met zijn pro-Duitse houding in de Tweede Wereldoorlog.

WINNAARS

Nu we toch namen aan het noemen zijn, is het wellicht tijd om wat meer in te gaan op een aantal specifieke cases.

Numero Uno: de suikerbaron haalt het van de bierbaron

De lijst van Rijkste Belgen werd 20 jaar lang overheerst door Alexandre Van Damme ( vermogen: 10,541 miljard euro ). De grootste individuele aandeelhouder van de biermultinational AB Inbev stond al die tijd op nummer één in de lijst. Op 1 januari 2020 betaalde je op de Brussels beurs 71 euro voor een AB Inbev aandeel. Maar eind september 2020 was die koers teruggevallen tot 45 euro. Het coronavirus is onverbiddelijk voor AB Inbev, met 400 biermerken de grootste brouwer ter wereld. En meteen ook voor de drie traditionele aandeelhoudersfamilies: Van Damme, de Spoelberch en de Mévius. Samen zien die hun vermogen halveren van 70 naar 35 miljard euro.

Meteen ziet de 60-jarige Alexandre Van Damme ook zijn eerste plaats op onze ranglijst verdwijnen. Hij wordt nipt voorbijgestoken door de 74-jarige Eric Wittouck (vermogen: 10,830 miljard euro), de man die als aandeelhouder van Tiense Suiker rijk werd in de suikerindustrie. Wanneer Eric Wittouck en zijn neven in 1989 Tiense Suiker voor 945 miljoen euro verkopen aan het Duitse Südzucker komt daarvan om en bij 500 miljoen euro op hun bankrekening terecht. Tien jaar later legden ze daarvan de helft op tafel om het Amerikaanse bedrijf Weight Watchers over te kopen van H.J. Heinz. Ze moesten daarbovenop nog eens 500 miljoen dollar lenen. Nog eens 10 jaar later hadden ze 5 miljard dollar cash verdiend aan Weight Watchers.

Eric Wittouck en zijn neven hadden 10 jaar na de aankoop 5 miljard dollar cash verdiend aan Weight Watchers.

Albert Frère: de familiale uitdaging

3 december 2018. De media melden het overlijden van de Waalse financier en miljardair Albert Frère. Hij bereikte de gezegende leeftijd van 92 jaar. Frère maakte fortuin in de Waalse staalindustrie en wist zowel de vakbonden als de overheid in zijn plannen te betrekken. Hij kreeg decennia lang, tegen wil en dank, de titel van de Rijkste Belg op zijn naam gekleefd. En eigenlijk niet terecht. Albert Frère was in de eerste plaats een sluwe financier die belangrijke internationale strategische allianties wist op te bouwen. Hij deed dat in getrapte structuren, door telkens een meerderheid van 50% te kopen in bedrijven en geen procent meer. Zo kon hij de controle verwerven over grote bedrijven tegen relatief goedkope instaptarieven. Elk van die bedrijven gebruikte hij als een strategische stapsteen om de controle te verwerven over een volgend, nog groter bedrijf. Van Frère is de gevleugelde uitspraak: 'Petit minoritaire, petit con. Grand minoritaire, grand con'. Wat vrij vertaald zoveel betekent als 'Kleine minderheidsaandeelhouder, kleine dwaas. Grote minderheidsaandeelhouder, grote dwaas.' De grootste begunstigden na zijn dood waren zijn zoon Gérald (vermogen: 2,854 miljard euro) en zijn dochter Ségolène (vermogen: 2,854 miljard euro). Ook zijn tweede echtgenote Christine Hennuy zal niet in armoede achterblijven. Maar we kunnen er toch van uit gaan dat Gérald en Ségolène nu uitzicht hebben op elk een fortuin van bijna 3 miljard euro. Heel dat vermogen zat mooi verpakt in vennootschapsstructuren. Veel erfenisrechten zijn daar bijgevolg niet op betaald.

Lutosa, schatjes van patatjes

Keren we terug naar het agrarische Vlaanderen. In de zomer van 2019 beslist de Britse voedingsmultinational Nomad Foods, onder meer eigenaar van Iglo, het Belgische merk Lutosa uit de markt te halen en te vervangen door de naam Belviva. Meteen wordt daarmee een stuk Belgisch industrieel succes naar de geschiedenisboeken verwezen. Lutosa was het succesverhaal van twee Oost-Vlaamse boerenzonen, Guy en Luc Van den Broeke (vermogen: 175 miljoen euro). Boerenzonen met gezond verstand. Vanuit het familiaal agrarisch aardappelbedrijf met wortels in het Oost-Vlaamse Olsene bouwden ze een voedingsbedrijf uit op Europese schaal. Met de slogan 'schatjes van patatjes' creëerden ze een gigant van diepvriesfrieten. De broers Van den Broeke kunnen als voorbeeld staan voor het succes van de Vlaamse aardappelindustrie. Dat ze hun bedrijf voor veel geld uit handen lieten gaan, is daar een inherent onderdeel van. Na de verkoop van Lutosa aan de multinational McCain beheren beide broers Van den Broeke een vermogen van om en bij 175 miljoen euro. Ze nemen een discrete plaats in onder de Rijkste Belgen en trekken zich terug uit het actieve economische bestaan.

Jan Clarebout, de onbekende aardappel koning

Weinig mensen weten wie Jan Clarebout ( vermogen: 308 miljoen euro ) is. Tenzij ze thuis zijn in de wereld van het grote geld. Het aardappelverwerkend bedrijf Clarebout uit het West-Vlaamse Heuvelland is één van de meest merkwaardige bedrijven van dit land. Het bedrijf kende een extreem snelle groei en is extreem rendabel. Clarebout is een verwerker van aardappelen, voornamelijk met diepvriesfrieten als eindproduct. Zijn bedrijf, luisterend naar de evidente naam Clarebout Potatoes, staat voor een omzet van 650 miljoen euro. Clarebout bouwde zijn aardappelimperium in stilte op.

VERLIEZERS

Waar er winnaars zijn, zijn er ook verliezers. Het Londerzeelse Belchim Crop Protection, producent van gewasbeschermingsmiddelen, werd lange tijd geroemd als één van de snelst groeiende Vlaamse bedrijven. Belchim werd tweemaal officieel uitgeroepen tot een snelgroeiend bedrijf, een zogenaamde 'gazelle'. Onder leiding van zijn eigenaar Dirk Putteman, omschreven als tomeloos ambitieus, groeide Belchim naar een groepsomzet van 500 miljoen euro. Volgens Putteman zou het bedrijf in 2020 700 miljoen euro omzet halen en wereldwijd in 97 landen actief zijn. Maar de man mocht het niet beleven. Hij stapte in januari 2018 op 60-jarige leeftijd uit het leven. Met zijn verdwijnen werd snel duidelijk dat hij de boel had belazerd. Het nieuwe management was genoodzaakt een nieuwe balans op te maken. De omzet van het moederbedrijf werd daarin teruggebracht van 317 naar 254 miljoen euro. De groepsomzet kwam uit op 436 miljoen euro. Putteman had dus 63 miljoen kunstmatige omzet gecreëerd door wat officieel een 'aantal boekhoudkundige onregelmatigheden' worden genoemd.

Dirk Putteman bleef gedurende zijn 30-jarige carrière als ondernemer verknocht aan zijn geboorteplaats Londerzeel. Alhoewel hij zijn domicilie had ingeruild voor een villa in Wemmel, dicht tegen de Plantentuin van Meise, ging hij nog regelmatig een kaartje leggen in zijn stamcafé in Londerzeel. Daar werd ook al eens een stevige pint gedronken, maar dat stoorde Putteman niet. Hij liet graag weten dat hij nu beschikte over een wagen met chauffeur. Dus dat was geen probleem. Putteman zocht voortdurend naar erkenning in zijn eigen thuisgemeente. Zo werd hij hoofdsponsor van SK Londerzeel, de provinciale voetbalploeg uit zijn gemeente. Het gemeentelijk voetbalveld waar de ploeg speelde, kreeg de naam 'Stadion Dirk Putteman' mee.

Economie en ondernemen staan in onze wereld gelijk aan groei. En aan risico nemen. Dikwijls gaan die hand in hand. Veel ambitieuze managers combineren een sterke sectorkennis, ongebreidelde groei door overnames, door zware financiële schulden te maken, kwetsbaar worden en dan volstaat één incident. Soms wordt dat incident genegeerd. Ondernemers zijn doorgaans sterke maar ook koppige persoonlijkheden. Het zijn mengelingen van ambitie, koppigheid en doorzetting. Dirk Putteman kon niet leven met verlies. Ondernemen betekent even dikwijls verliezen als winnen.

Samenleving & Politiek, Jaargang 30, 2023, nr. 1 (januari), pagina 5 tot 10

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.