Op 13 juni leed de sp.a haar vierde verkiezingsnederlaag op rij. Zoals Marc Hooghe het verderop in dit nummer omschrijft ‘genieten de Vlaamse socialisten nu de trieste eer de minst succesvolle socialistische partij van West-Europa te zijn met minder dan 15 procent van de stemmen’. Verwijzingen naar de moeilijkheden die alle sociaaldemocratische partijen in Europa ondergaan is dus slechts maar een deel van het probleem. Het was stil rond sp.a in de campagne van de afgelopen verkiezingen. De sp.a werd niet als een alternatief beschouwd voor de zwalpende regeringen van Leterme. Sp.a slaagde er niet in haar programmapunten op de agenda te plaatsen. Sp.a was kortweg irrelevant voor opiniemakers en kiezers. Ook na de verkiezingen bleef het stil rond sp.a. De aandacht voor het verlies kon worden afgewend door het spectaculaire verlies van twee andere spelers, CD&V en Open Vld en de winst van de Vlaams Nationalisten. De mededeling dat de achteruitgang tot stilstand kon worden gebracht, verdween tussen de lakens van het electorale succes van de Tsunami Dewever. Ook vandaag is de discussie nog niet echt gestart. Besturen lijkt om allerlei redenen de prioriteit te krijgen. Grote gelatenheid en defaitisme heeft de socialistische rangen vergiftigd. Het lijkt alsof men bang is om tegen elkaar te zeggen waar het op staat. Het lijkt alsof men bang is überhaupt met elkaar te praten.
Caroline Gennez, bijna vier jaar voorzitter van sp.a, riep in het vorige nummer van Samenleving en politiek op om een eerlijke discussie te voeren over de toekomst van sp.a, in de aanloop naar het Visie-congres van 16-17 oktober 2010. Haar analyse van de sp.a de afgelopen vier jaar is mijns inziens bikkelhard voor de partij: ‘Met onze Visie-nota’s van het afgelopen jaar (pensioenen, eerlijke fiscaliteit en energie) hebben we ook platgetreden paden verlaten. Toch deden we er voor veel, te veel kiezers in 2007, 2009, en 2010 niet wezenlijk toe. We worstelden vooral in de beleving met geloofwaardigheid: of het nu over onze pensioenvoorstellen of fiscale plannen ging. Hoe sterk en onderbouwd ons programma ter zake ook mag geweest zijn, de vonk sloeg niet over. En hoe vaak we er ook op hamerden dat veiligheid eerst en vooral een sociale kwestie is, de kiezer lustte het niet. Voor te veel kiezers viel sp.a buiten het referentiekader waarmee ze zich in de wereld sinds het keren van de eeuw een weg zoeken. De bevinding van Janssens uit 2000 moet daarom vandaag met nog meer kracht herhaald worden: Deze neerwaartse trend moet worden omgebogen. Anders zal de SP in de toekomst geen rol van betekenis spelen’ (Samenleving en politiek, 7/2010, p.39).
Inderdaad de sp.a bekoort het electoraat niet meer en het electoraat ziet de sp.a niet meer staan. De volgende twee eenvoudige maar moeilijk te beantwoorden vragen dringen zich dan op: wat is de oorzaak van het verlies en wat kan er aan gedaan worden? Samenleving en politiek en haar uitgever Stichting Gerrit Kreveld wil, met dit themanummer en het Engelstalig jaarboek Belgian Society and Politics 2010 - What Next for the Left?(dat op 18 november met een studiedag in het Kunstencentrum Vooruit in Gent wordt voorgesteld), de stilte doorbreken. We contacteerden niet minder dan 14 auteurs met de vraag of ze bereid waren een essay te schrijven. We gaven hen twee vragen als leidraad: 1/ Wat ziet u als u naar de sp.a kijkt? en 2/ Hoe denkt u dat de sp.a opnieuw electoraal aantrekkelijk kan worden?
Deze korte bijdragen, deze ‘Reflecties over de sp.a’, zijn uitermate interessant, soms openbarend, onder andere omdat het gaat over mensen die veelal buiten de (socialistische) beweging staan. Het zijn niet de usual suspects die we aan het woord laten, maar wel journalisten, politicologen, filosofen, essayisten, verantwoordelijken uit middenveldorganisaties, progressieven allerhande (in de brede zin van het woord) die vaak een uitgesproken bekommernis aan de dag leggen voor een (centrum)links beleid. Het is verfrissend én verontrustend om te horen hoe mensen van buiten de sp.a over de partij denken. De analyses zijn divers en soms tegenstrijdig. Hetzelfde kan worden gezegd over de consequenties die de analyses met zich meedragen. We krijgen in dit nummer een staalkaart van verschillende mogelijke verklaringen voor het falen. In veel gevallen worden pistes aangereikt om uit de impasse te komen.
In grote lijnen en sterk vereenvoudigd, komt de analyse hierop neer:
1/ De samenleving is grondig veranderd en de sp.a heeft hier niet adequaat op ingespeeld. Er zijn veel meer subgroepen en subculturen. Deze tendens zal zich alleen maar verderzetten. Terugvallen op de gekende traditionele organisaties en organisatiemiddelen is onvoldoende.
2/ Sp.a moet (terug) een beweging zijn. Sommige auteurs pleiten voor het herstel van traditionele banden en werkwijzen uit het verleden. Anderen pleiten dan weer om aansluiting te vinden bij nieuwe vormen van sociale gedragingen die tot uiting komen in een divers sociaal middenveld. In een veranderende samenleving verloopt ook de communicatie verschillend. Dit divers gebruik van communicatiemiddelen moet worden geïntegreerd in de werking.
3/ Sp.a moet bouwen aan een coherent verhaal dat verwijst naar haar sociaaldemocratische basiswaarden. Gelijkheid én vrijheid zijn geen verouderde concepten. Ze vormen de basis voor een solidaire samenleving. Het sociaal zekerheidssysteem moet worden behouden én tegelijkertijd worden aangepast aan de huidige samenleving en behoeften. De legitimiteit voor overheidsoptreden en het sociaal zekerheidssysteem moet terug worden opgebouwd.
4/ In nogal wat essays wordt kritiek geformuleerd op het slaafs volgen van de ‘standpunten van het electoraat’. Dit wordt dan geplaatst tegenover het overtuigen van de kiezer van het verhaal en ideologie waarvoor men staat.
5/ Tot slot gaat het ook over hoe (en door wie) de boodschap wordt gecommuniceerd. Rationele argumenten en een coherente ideologie zijn heel erg hard noodzakelijk, maar de kiezer heeft meer nodig. Hij stemt onder andere emotioneel.
U leest in dit nummer ook een dubbelinterview met de Nederlandse socioloog Kees Schuyt en Mark Elchardus, over de basisbeginselen van de sociaaldemocratie en naar een wervende vertaling ervan voor de hedendaagse tijd. Elchardus pleidooi voor het niet verloochenen van het basisgedachten (gelijkheid én vrijheid) en zijn suggestie om de oppositie op te zoeken en een lang proces van discussie op te starten, tekent zich af tegen de huidige idee dat besturen de enige manier is om niet in de totale vergetelheid terecht te komen.
Ook legden we ons oor te luister bij marktonderzoekers Jan Callebaut, Fons Van Dyck en Miranda Maes. Wat zien zij, met hun atypische professionele, aparte blik, als ze naar de sp.a kijken? Zij brengen het electoraat in kaart, delen het op, in niet altijd voor de politiek evidente subgroepen. Daardoor doorprikken ze de heilige huisjes van de socialistische beweging.
Afsluiten doen we met een bespreking van Tony Judts boek en politiek testament Het land is moe. Het boek lijkt in linkse intellectuele middens een bestseller te zijn. Meermaals wordt in de essays naar het boek verwezen. En het moet gezegd, het is misschien wel hét boek van het afgelopen jaar. Het brengt het falen van de sociaaldemocratie helder in kaart.
Het is dus een extra dikke Samenleving en politiek geworden die hopelijk een interessante intellectuele bijdrage levert om het debat eindelijk van start te laten gaan. Laten we de stilte nu dus even doorbreken!
Patrick Vander Weyden
Hoofdredacteur Samenleving en politiek
edito - ideologie - socialisme
Samenleving & Politiek, Jaargang 17, 2010, nr. 8 (oktober), pagina 1 tot 3
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.